Wie door de straten van El Campello wandelt, merkt het misschien niet meteen, maar deze kustplaats draagt de echo’s van duizenden jaren menselijke activiteit met zich mee. Tussen het ruisen van de palmen, het gebruis van de golven en het klateren van glazen op terrasjes ligt een diepere laag: een verhaal van vissers, veroveraars, beschavingen en een dorp dat zich telkens opnieuw wist uit te vinden, zonder zichzelf te verliezen.
Waar het begon: de prehistorie
Lang voordat El Campello een naam kreeg en uitgroeide tot badplaats, was het al een plek waar mensen zich vestigden. De ligging aan een beschutte baai, met een vruchtbaar achterland en toegang tot visrijke wateren, maakte dit tot een logische plek voor vroege bewoning. Archeologische vondsten, zoals werktuigen van vuursteen en keramiekfragmenten, wijzen op menselijke aanwezigheid sinds de prehistorie. Maar pas met de komst van de Iberiërs begon de regio echt geschiedenis te schrijven.
Op het kleine schiereilandje bij de huidige haven ligt de site La Illeta dels Banyets, een plek waar de tijd letterlijk in lagen zichtbaar is. Hier vonden archeologen sporen van een Iberische nederzetting die zich ontwikkelde tot een belangrijk handelscentrum, waar goederen uit het binnenland naar zee werden gebracht en omgekeerd. De Romeinen, altijd alert
op strategische locaties, namen het over. Zij bouwden badhuizen, zoutwaterbassins en verwerkten vis tot garum, een gegeerde vissaus die zijn weg vond naar de keukens van het verre Rome.
Arabische invloeden en de middeleeuwen
Na de val van het Romeinse rijk brak een tijd van onrust aan. De Visigoten lieten weinig tastbaars na in deze contreien, maar met de komst van de Moren veranderde dat beeld drastisch. In de 8e eeuw maakte Al-Andalus zijn opmars, en ook in wat nu El Campello is, vestigden zich islamitische boeren en vissers. Ze brachten nieuwe landbouwtechnieken, een verfijnd systeem van irrigatie en een ander idee van architectuur met zich mee. De naam “Campello” zou mogelijk zelfs een afgeleide zijn van het Latijnse campellus (veldje), maar kreeg pas later vaste vorm.
De regio rond El Campello bleef grotendeels landelijk, met een paar versterkte boerderijen en torens langs de kust om de vele piratenaanvallen af te slaan. De herovering door de christelijke legers van Jaime I in de 13e eeuw leidde tot nieuwe machtsverhoudingen. Grond werd verdeeld onder edelen en kloosters, en El Campello werd onderdeel van de grotere stad Alicante. In plaats van een zelfstandige entiteit, was het lange tijd niet meer dan een gehucht met boerderijen, uitkijktorens en een vissersgemeenschap.
De wachttorens en de dreiging van de zee
De 16e en 17e eeuw brachten niet alleen economische veranderingen, maar vooral onrust. De Middellandse Zee was het strijdtoneel van piraten, Ottomaanse invallen en spanningen tussen Spanje en haar vijanden. Aan de kust van El Campello verrezen daarom wachttorens, zoals de Torre de la Illeta, een markant rond bouwwerk dat tot op de dag van vandaag overeind staat. Deze torens vormden een netwerk van uitkijkposten die bij dreiging signalen doorgaven tot diep in het binnenland. Het was een tijd waarin vissers vaak meer angst hadden voor wat uit zee kwam dan voor wat er in zwom.
Toch groeide El Campello gestaag. Niet snel, maar gestaag. Boeren verbouwden amandelen, druiven en granen in het achterland, terwijl de vissersgemeenschap zich rond de natuurlijke haven bleef vestigen. De stad Alicante bleef echter het centrum van bestuur en economie, en El Campello fungeerde eerder als een rustige buitenpost.
De twintigste eeuw: van vissersdorp naar badplaats
Het zou tot in de 20e eeuw duren voordat El Campello zichzelf echt begon te ontwikkelen tot een zelfstandige gemeenschap. De aanleg van spoorlijnen, betere wegen en uiteindelijk de bouw van een moderne haven gaven het vissersdorp een duw in de rug. Rond 1900 begonnen ook de eerste zomervilla’s te verrijzen, gebouwd door welgestelde families uit
Alicante die de frisse zeelucht verkozen boven de stadsdrukte.
In 1901 kreeg El Campello de status van entidad local menor (kleinere lokale entiteit), en pas in 1905 werd het een zelfstandige gemeente, los van Alicante. Die onafhankelijkheid markeert het begin van de moderne geschiedenis van El Campello.
In de decennia die volgden ontwikkelde het dorp zich in rap tempo. De visserij professionaliseerde, er kwamen coöperaties en visafslagen. Ook het toerisme begon toe te nemen, zeker na de jaren '60, toen de Costa Blanca internationale bekendheid kreeg. Appartementen verrezen langs de kust, de boulevard werd aangelegd en een groeiende groep buitenlanders ontdekte het aangename klimaat, de relaxte sfeer en de ligging op een steenworp van een internationale luchthaven.
Het hedendaagse Campello: balans tussen verleden en toekomst
Toch is El Campello geen toeristenmachine geworden zoals sommige andere badplaatsen langs de Costa Blanca. Juist doordat de stad relatief recent tot bloei kwam en nooit massaal werd volgebouwd, behield het zijn karakter. De lokale vissersmarkt is nog steeds actief, de dorpskern heeft zijn menselijke maat behouden en het culturele leven – met jaarlijks terugkerende feesten, processies en optochten – is diep geworteld in de geschiedenis van het gebied.
Tegelijkertijd heeft El Campello ook moderne voorzieningen ontwikkeld: goede scholen, sportfaciliteiten, een cultureel centrum, en dankzij het TRAM-netwerk ook een uitstekende verbinding met zowel Alicante als Benidorm.
De geschiedenis van El Campello is dus geen verhaal van grote veldslagen of koninklijke residenties. Het is eerder een verhaal van geleidelijke groei, van een plek die niet in de schijnwerpers stond, maar altijd bleef meebewegen met de tijd – zonder zich volledig te laten overnemen. En misschien is dat juist wel de charme van El Campello: een plek waar de sporen van het verleden tastbaar blijven, terwijl de toekomst rustig verder wordt geschreven, met de Middellandse Zee als trouwe getuige.